Mijn leven in de hel

We weten allemaal dat veel van de Amsterdamse raamprostituees daar op zijn zachtst gezegd niet voor hun lol staan. Sterker nog, het overgrote deel van hen wordt bedreigd, gedwongen en onderdrukt. Hoe gruwelijk die wereld werkelijk is, en hoe gemakkelijk je erin terecht kunt komen, lees je in ‘Mijn leven in de hel‘.

Sarah Forsyth (pseudoniem) heeft geen gemakkelijke jeugd, waarin misbruik en agressie een grote rol spelen. Zij herstelt zich echter aardig, en gaat aan het werk als kleuterleidster. Op een dag ziet zij een advertentie waarin leidsters voor een Amsterdams kinderdagverblijf worden gezocht. Zij reageert, en wordt aangenomen. Eenmaal op Schiphol wordt duidelijk dat er een heel ander verhaal achterzit: Sarah’s paspoort wordt afgepakt, en onder bedreiging van een vuurwapen wordt zij naar de Amsterdamse Wallen gebracht. Daar gaat zij ‘aan het werk’, tot haar eigen grote walging.

Om de pijn, vernedering en angst door te komen krijgt zij al snel wat ‘hulpmiddeltjes’ toegespeeld: drugs. Haar pooiers voorzien haar gretig, waardoor zij nog afhankelijker van hen wordt. Sarah maakt veel ellende mee, is getuige van een moord en werkt meer dan 10 klanten per dag af. En toch heeft zij geluk: er komt een moment dat zij kan vluchten, haar verhaal kan doen bij de politie en uiteindelijk weer terug kan naar haar thuisland Engeland. De nachtmerrie is dan feitelijk voorbij, maar eigenlijk begint dan deel 2. Sarah is verslaafd, lichamelijk en geestelijk een wrak, en heeft geen idee hoe zij een normaal leven moet leiden.